top of page

Brazilian Jiu Jitsu

De geschiedenis van  het Brazilian Jiu Jitsu (BJJ)  is  net  zo

kleurrijk als Brazilië. Ook al is het BJJ voor het grootste deel

ontwikkeld door de Gracie familie, van origine liggen de wor-

tels in het oude Japan. Ontstaan uit het Kodokan Judo, heb-

ben Jigoro Kano en Maeda het fundament  gelegd  voor het

hedendaagse BJJ.

Rond het  jaar 1900  vroeg Samuel Hill  (een Amerikaanse

zakenman) aan Yamashita (1875-1935), de beste Judoka uit

die tijd van de Kodokan, om naar Amerika te komen om daar

zijn zoon de kunst van het Judo bij te brengen. Hierop reisde

Yamashita naar Amerika.

Via Hill, die bevriend was met President F.D. Roosevelt, werd

Yamashita bij de President van Amerika geïntroduceerd.

Roosevelt, die al een interesse had voor het Budo, vroeg Yamashita voor een demonstratie van het Kodokan Judo.

Een gevecht werd georganiseerd tussen Yamashita en een Amerikaanse worstelaar en hoewel er een enorm gewichtsverschil was kwam Yamashita als overwinnaar uit de strijd. Roosevelt gaf Yamashita hierna een baan als Judo leraar van de Amerikaanse Marine.

In 1904 was er een nieuwe Judo leraar nodig en daar Yamashita niet beschikbaar was werd er een nieuwe leraar uit de Kodokan gevraagd, dit keer kwamen er twee leraren; Jojiro Tomita (1880-1941) en Mitsuyo Maeda (1880-1941). Maeda was in die tijd de onbetwiste Judokampioen van de Kodokan.

De bedoeling was dat Tomita zou zorgdragen voor de theoretische aspecten van het Judo en Maeda zou alle mogelijke gevechtsuitdagingen aangaan. Alles ging goed totdat Tomita zelf werd uitgedaagd door een Amerikaanse football speler en het geaccepteerde gevecht verloor. Hierop keerde hij uit schaamte weer terug naar Japan.

Maeda bleef achter en nam het op zich om de naam van Kodokan weer in eer te herstellen. Hij reisde door heel Noord en Zuid Amerika en accepteerde iedere uitdaging of daagde zelf de vechters uit. Men zegt dat hij meer dan duizend uitdagingen is aangegaan en ze allemaal gewonnen heeft. Echter door deze ‘prijsgevechten’ werd hij officieel uit de Kodokan gezet. Hierop ontwikkelde hij een eigen Jiu Jitsu stijl.

Rond 1915 vestigde Maeda zich in Brazilie waar hij al snel bekend werd als: Conde Koma, de Graaf van het Gevecht. In die tijd werden er twee manieren van vechten onderwezen in Brazilie en dat waren Boksen en Capoeira. Carlos Gracie, een kind van een rijke familie kwam in contact met Maeda en in ruil voor Maeda zijn lessen zou de vader van Carlos de Japanse immigranten helpen.

Rond deze tijd werden er de eerste Vale Tudo toernooien georganiseerd. Carlos Gracie versloeg in deze toernooien iedereen, ongeacht het vaak grote gewichtsverschil. Na zijn actieve carrière nam hij het op zich om zijn jongere broers (Oswaldo, Gastado, Jorge en Helio Gracie (de jongste van het stel) te onderrichten in het Jiu Jitsu wat hij van Maeda geleerd had.

Na verloop van tijd keerde Maeda terug naar Japan, maar de Gracies bleven het Jiu Jitsu door ontwikkelen tot wat op heden bekend is als het Brazilian Jiu Jitsu.


 

BJJ werd begin jaren 90 bekend in de Verenigde Staten toen Royce Gracie de eerste, tweede en vierde "Ultimate Fighting" kampioenschappen won. Sindsdien is het een voorkeurssport voor veel MMA vechters en wordt het breed geroemd om zijn nadruk op grondgevechten. BJJ toernooien hebben wereldwijd groeiende aandacht en worden steeds bekender en groter zoals de no-gi submission grappling toernooien van de ADCC (Abu Dahbi Combat Club)


 

In Europa is de stijl nog relatief nieuw, maar door de grote successen van de Gracie familie in de UFC (Ultimate Fighting Championships) is het de vele vechters die aan Mixed Martial Arts doen duidelijk geworden dat wanneer je een Allround vechter wilt worden, training in BJJ onontbeerlijk is geworden.


 

De BJJ trainingen bij ons staan onder supervisie van Paulo S. Garcia Garcia uit Guarulhos, Sao Paulo Brazilië.


 

Lineage:

 

Mitsuyo Maeda                  Carlos Gracie                     George Gracie           Otcavio de Almeida Sr.       Octavia de Almeida Jr.         Paulo S. Garcia Garcia

                                                                                                                                                           ( & Antonio Montenegro)

bottom of page